Dit artikel bevat een selectie van de belangrijkste uitspraken in de Rechtspraak in het eerste kwartaal van 2025 inclusief een korte uitwerking van het praktische belang van de kwestie.
📌 21 januari 2025 – Gerechtshof Amsterdam, ECLI:NL:GHAMS:2025:586
Beslissing / ontwikkeling
Het Hof oordeelt dat de verhuur van een werkkamer in een woning aan de eigen BV een economische activiteit is en dus recht geeft op aftrek van voorbelasting (btw). De inspecteur vond dat er geen zakelijk gebruik was, maar het Hof achtte het zakelijk en tegen vergoeding.
Praktisch belang
Voor eigenaren die (een deel van) hun woning verhuren aan de eigen BV: dit kan btw-belast zijn met recht op aftrek van voorbelasting, mits je kunt aantonen dat het gebruik zakelijk is en geen privégebruik betreft.
📌 14 februari 2025 – Hoge Raad, ECLI:NL:HR:2025:245
Beslissing / ontwikkeling
De Hoge Raad beslist dat een afwaardering van een vordering binnen een fiscale eenheid niet aftrekbaar is als de vordering bij aanvang van het belastingjaar al feitelijk waardeloos was. Cassatie is verworpen op grond van art. 81 Wet RO.
Praktisch belang
Voor vennootschappen binnen een fiscale eenheid: je kunt geen verlies nemen op een vordering als deze aan het begin van het jaar al niets waard was. Belangrijk bij faillissementen binnen een concern en bij waarderingsmomenten.
📌 28 maart 2025 – Hoge Raad, nr. 22/00711
Beslissing / ontwikkeling
De Hoge Raad verduidelijkt de btw-vrijstelling voor zorginstellingen (art. 11 lid 1 letters c en f Wet OB). Het gaat om 24-uursdiensten aan andere instellingen en de vraag of de dienst “als zodanig” door een erkende zorginstelling wordt verricht.
Praktisch belang
Voor zorgaanbieders die extramurale of 24-uurszorg leveren: alleen als de instelling zelf erkend is en de dienst als zorgprestatie kwalificeert, geldt de vrijstelling. Anders is btw verschuldigd.
