Informeren, adviseren en procederen in het belastingrecht

Dossier: BOX 3

April 2022
Er is een regeling!
Staatssecretaris van financiën Van Rij heeft aangegeven hoe de plannen zijn om de Box 3 heffing te herstellen:
Iedereen die bezwaart heeft aangetekend wordt gecompenseerd. Hoe precies is nog even de vraag. Er wordt nog een nieuwe zo goed mogelijk bij de realiteit aansluitende forfaitaire regeling ontworpen.
Alle nog openstaande aanslagen worden rekening houdende met de uitspraak van de Hoge Raad afgedaan. Ook hier voor zal men aansluiten bij de een forfaitaire regeling die de rendementen van de afgelopen jaren zo nauwkeurig mogelijk volgt.
Iedereen die geen bezwaar heeft aangetekend heeft pech en krijgt voorlopig niks.

Voor alle belastingplichtigen geldt dat ze op dit moment geen actie hoeven te ondernemen. Iedereen die voor het rechtsherstel in aanmerking komt, ontvangt het namelijk automatisch. De volgorde waarin het rechtsherstel wordt verleend is (onder voorbehoud van onvoorziene complicaties):

Van 1 juli t/m 4 augustus 2022: gefaseerd herstel van de aanslagen van de massaal bezwaarmakers 2017 t/m 2020. De wettelijke uiterste datum voor het rechtsherstel voor deze groep is 4 augustus 2022.
Vanaf 1 augustus 2022: gefaseerd herstel aanslagen 2021 met box 3-element.
Vanaf medio september 2022: gefaseerd herstel van de aanslagen 2017-2020 die nog niet onherroepelijk vaststonden op 24 december 2021.
Vanaf medio oktober 2022: aangiften 2017-2020 met box 3 element die nog niet gevolgd zijn door een aanslag.
De definitieve aanslagen 2022 worden volgens het reguliere aanslagproces in 2023 opgelegd.

Ons advies: Rustig afwachten tot er rechtsherstel wordt geboden. Op dat moment zal een uitspraak op bezwaar of vermindering van de aanslag worden verleend. Dat bericht geeft u de mogelijkheid om binnen zes weken daarna beroep of bezwaar aan te tekenen als het geboden herstel te mager is. Laat uw aanslag / uitspraak op bezwaar altijd controleren door een deskundige!


Januari 2022: 
Het kerst kado van de Hoge Raad aan Nederland op vrijdag 24 december 2021 is van een ongekende omvang. Niet alleen draaide de Hoge Raad een aanslag terug naar normale proporties, ook verwees de Raad met dezelfde pennenstreek het fictieve rendement van voormalig Staatssecretaris van Financiën Willem Vermeend uit 2001 eindelijk naar de prullenbak.  Daar zijn wel een aantal jaren van gezeur en gezever aan vooraf gegaan. Waar iedereen behalve de Haagse Politiek het er wel overeen was dat de vermogensrendement heffing in de huidige economische omstandigheden weinig rechtvaardig is, was het niet een kwestie van of maar meer van wanneer de Hoge Raad de onrechtmatigheid zou opheffen.

De vermogensrendement heffing is ingesteld in een tijd dat velen de belastingheffing op rente en dividend omzeilden door te beleggen in fondsen met alleen maar waardestijging. Fondsen bijvoorbeeld die belegden in obligaties en die de baten opnieuw inlegden zonder ooit uit te keren. Wel rendement, heen belastingheffing. Dat was velen toen ter tijd een doorn in het oog. De voorgestelde vermogensrendement heffen van 4% leek heel erg redelijk. Niemand kon zich toen een basisrente rond de 6% niet voorstellen dat we langdurig met lage rentes te maken zouden krijgen.

Ook toen we wel met lage rendementen te maken kregen bleef men lang volhouden dat het op termijn wel uit zou vlakken. De rendementen zouden wel weer stijgen en dan kwamen we toch op een gemiddelde van meer dan 4%. Helaas bleef het herstel een beetje uit. Er kwam steeds meer weerstand resulterend in massale bezwaarschriften vanaf 2013. De Hoger Raad waarschuwde wel, maar haar taak als rechtsprekend orgaan kennende was het niet aan de Hoge Raad om de wet terzijde te schuiven. Wel gaf ze een waarschuwing mee, onrechtmatig is onrechtmatig en als u de wet niet aanpast dan komt er een tijd dat de wet wel opzij gezet moet worden.

De Wetgever paste dan ook het forfaitaire rendement aan met een getrapt systeem, maar forfaitair bleef het met weinig echte verbinding met werkelijke rendementen in de portemonnee van belastingplichtigen. De massale bewaren bleven binnenstromen over de jaren nadien. Ook over jaren tot en met 2016 deed de Hoge Raad eigenlijk niet anders dan concluderen dat het onrechtmatig was, maar ook dat ze niet zo maar op de stoel van de wetgever kon plaatsnemen en die ongerechtigheid ongedaan te maken.

Tot kerstavond 2021. Of het de dag was om genereus te zijn en uit te pakken of dat sprake was van een goedmakertje van de rechtspraak voor alle fouten uit de kindertoeslagaffaire, dat zullen we nooit weten. Dat is het geheim van de Raadkamer. Wel weten we uit de overwegingen van het arrest dat de wijzigingen in wetgeving niet zo lekker is gevallen bij de Hoge Raad. Als men om welke reden ook alleen maar spaart stond de nieuwe regeling nog verder van de realiteit af dan het oorspronkelijke forfaitaire inkomen. Mede daardoor heeft de Hoge Raad rechtsherstel geboden aan de belastingplichtige die feitelijk veel minder ontving dan hem werd toegerekend. Als het verschil groot genoeg is gaat het werkelijke inkomen voor op het fictieve inkomen. Een forse stap vooruit naar een meer rechtvaardige heffing. Blijft een punt over; waar de grens precies ligt is nog lang niet duidelijk.

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.